Dobberend in haar bootje,
kwetsbaar in haar blootje.
Van alle hoop ontdaan,
niet wetend waar heen te gaan.
tot in het diepst bevroren.
Haar hart gebroken.
zoveel onbesproken.
Als een amputatie het gemis,
waar geen surrogaat voor is
De fantoompijn allesverslindend,
dood en leven verbindend.
Geen bemoedigend zuchtje wind,
niets meer wat haar bindt
Geen motiverend eiland in zicht,
haar verdriet en woede ongericht.
Meegevoerd door de stroming,
overweegt ze een ontkoming.
Bewogen door de golven,
door wanhoop bedolven.
Ze staat en kijkt de diepte in:
Zal ze voor haar leven strijden?
Geeft dat haar lichaam nog wat zin?
Of laat ze zich zachtjes wegglijden
Die barmhartige diepte in.
Door besluiteloosheid verlamd,
staat ze voor die rand,
Het water houdt zich eindeloos stil,
wacht roerloos en kil.
Berustend gaat ze zitten
en gaat in haar herinnering spitten.
Haalt haar schouders op,
haalt haar leven op.
Ze glimlacht om haar fouten,
huilt om haar geliefde.
geeft haar mening ongezouten
aan ieder die haar griefde.
Aan tijd en stilte geen gebrek,
geeft ze alles een plek.
Voelt ze zich elke dag iets beter
en dan ineens binnen een meter:
Vaste grond onder haar voeten.
Nu zal ze wel moeten.
Onwennig zoekt ze haar balans.
Onwillig grijpt ze haar kans.
Met de moed der wanhoop,
ergens gevonden in haar tenen.
Wadend door de dagelijkse stroop,
op onzekere, wankele benen,
maakt ze aarzelend een nieuw begin,
zoekend naar een nieuwe zin.
Mogelijkheden onbeperkt,
door ervaringen gesterkt.
Recht haar schouders en ademt in,
Borst vooruit, omhoog die kin!
Komaan, doorgaan!
Door een flintertje moed gedreven
gaat ze haar leven beleven.
Wanneer na een eeuwigheid
dat flintertje is uitgegroeid.
Wanneer na heel veel tijd,
het leven weer wat boeit,
kijkt ze achterom naar wat ze verloren is,
de herinneringen haar erfenis.
Ze koestert deze schat,
die verlichten nu haar pad.
Ze eert haar verlies door de liefde door te geven.
Ze besluit naar echtheid te streven.
Ze laat zich adviseren door de herinnering.
Het gemis nu juist haar fundering.
Ze omarmt wat er echt toe doet.
Ze koestert meer dan ooit haar eigen bloed.
Lacht om onbenulligheden en pech
En gaat haar eigen, unieke weg…
Een prachtig PIEKJE in de orde van grootte
dat mede mijn gevoel vergrootte
mijn gemoed, dat haast kraakte
van de emotie die mij raakte
door de som der zinvolle zinnen
werd ik werkelijk warm van binnen
van het luisterrijk een literair geheel
kreeg ik uiteindelijk en wat pijnlijk
zowaar een brok in mijn keel
en daarvan geef ik bij deze blijk!
Dank je voor je repliek in dichtvorm. Uit jouw mond een groot compliment. Daar wordt ik dan zo stil van, dat ik niet weet hoe te reageren. Bij deze dan dus toch. Ik gloeide en groeide bij het lezen van je woorden. Dank daarvoor.